Spilzieke overheid

Pieter Wisse

Het komt verhoudingsgewijs steeds minder vaak voor dat de ene mens de ander 'al van vroeger kent.' Dat is precies waarom gewaarborgde persoonsidentiteit wezenlijk is voor onze pluriforme, dynamische samenleving. Dat instantbewijs van wie de burger is, geldt als voorwaarde voor rechts- en plichtsgelijkheid. De registratie van burgers is daarvoor een hulpmiddel.

Alweer ruim twee jaren geleden, in maart 2001, verscheen het rapport 'GBA in de toekomst.' Het is opgesteld door een commissie onder voorzitterschap van bestuurskundige Snellen. Dat rapport schetst, zoals de ondertitel luidt, de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens als spil voor toekomstige identiteitsinfrastructuur.

De woorden spil en infrastructuur zijn daar ongelukkig gekozen, maar dat doet natuurlijk niets af aan het belang van de authentieke burgeradministratie. Hoe staat het nu met het spel rondom de ontwikkeling van die spil met vitale betekenis voor het maatschappelijk verkeer? Niet best, want allerlei parallelle persoonsadministraties blijven intact. Sterker nog, er komen er steeds meer bij. (Semi-)overheidsinstellingen volharden in informatieve zelfvoorziening en dat blijft zeker niet tot persoonsgegevens beperkt. Dat kost niet alleen meerdubbel belastinggeld. De overheid is daardoor ook figuurlijk spilziek, want een èchte infrastructuur in de zin van een algemene voorziening raakt zodoende verder verwijderd dan ooit. Zelfs wezenlijk draagt zulke vèrspilling bij aan een democratisch tekort.

Maar de Belastingdienst en zes uitvoeringsorganisaties in de sociale zekerheid dan? Zij hebben inderdaad nauwe samenwerking aangekondigd. Beter laat dan nooit, maar toch bedreigt hun onverminderd beperkte aanpak de haalbaarheid van een spil met algemeen maatschappelijk nut. Want tussen de regels door stellen die ketenpartners dat zij vooral niet willen wachten tot het wat wordt met de toekomstige GBA als spil voor identiteitsinfrastructuur. Nu beschikt juist de Belastingdienst sinds jaar en dag over een informatieverzameling die qua personen nagenoeg dekkend is. Weigert elke sector — ook gezondheidszorg, onderwijs, vervoer, openbare orde en veiligheid enzovoort — te wachten en blijft van de weeromstuit sectoraal vrijwel compleet afgezonderde informatievoorziening bestaan, zodat de wèrkelijke spil voor identiteitsinfrastructuur op voorhand failliet is? Gaat de overheid er desondanks (opnieuw, veel) geld aan besteden? Duurt de fragmentatie ook voort wat betreft informatie over andere maatschappelijke objecten zoals vastgoed? Hebben rampen, zoals onlangs weer de Haagse gasexplosie, de absolute noodzaak van samenhang nog altijd niet afdoende getoond?

Het lijkt erop dat nu een unieke kans bestaat de dure, zelfs riskante schijnvertoning van diverse spillen te doorbreken. Zoals het woord uitdrukt, er kan per zgn. maatschappelijk object maar één spil zijn, punt. Aan de personenspil is alom behoefte. Die verdient dus prioriteit en krijgt een impuls, indien de complete ministerraad het besluit neemt tenminste de volgende voorwaarde te verbinden aan de samenwerking tussen Belastingdienst en uitvoeringsorganisaties. Belast ze óók met het systeembeheer van de landelijk raadpleegbare directory die Snellen cs voor persoonsinformatie bepleitte. Zo kunnen gemeenten zich zelfs beter concentreren op informatiebeheer, dwz. op de inhoudelijke kwaliteit. Dat besluit 'dwingt' vooral het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, respectievelijk van Financiën ertoe een cruciale voorziening sámen te ondersteunen. Dat is wennen, maar slechts zo'n draagvlak is sterk genoeg voor daadwerkelijke verbeteringen. Als zij dat duurzaam volhouden, gaat iedereen erop vooruit.

 

 

Bovenstaande tekst is een samenvatting tot columnformaat van Spilzieke overheid dat reeds een uittreksel is van Diagnose van een spilzieke overheid.

 

 

2003, webeditie 2003 © Pieter Wisse
Eerder verschenen in: Informatie, jaargang 45, oktober 2003.