Wedloop

Pieter Wisse

De eenvoudigste manier om de technologische wedloop bij te houden is in de kopgroep.

 

Ik had nooit gedacht dat het schrijven van columns zo therapeutisch is. Ik vind het een ideaal genre, omdat het mogelijk is een eigenwijze stelling te poneren. Niemand verwacht dat zij helemaal klopt, zo´n stelling bedoel ik. Dat geeft een heerlijk gevoel. Overigens geldt ook voor de meeste wetenschappelijke publicaties, om meteen maar een voorbeeld van een ongenuanceerde stelling te geven, dat ze rammelen. Het verschil zit dus louter in de pretentie. Ik kom er eerlijk voor uit dat mijn empirisch gebrek versimpeld inzicht bevordert. Als leidraad voor praktisch handelen is zulke vereenvoudiging vaak nuttig.

De technologische wedloop is een prachtig voorbeeld van een verschijnsel, dat in principe een simpele benadering vergt. Vooral als het om informatie- en communicatietechnologie gaat, volgen veranderingen elkaar razendsnel op. Het blijkt onmogelijk om op elke afzonderlijke verandering adequaat te reageren. Want allereerst moet enig begrip over die veranderingen ontstaan. Vervolgens moet er tenminste het begin van een plan komen. En dan moet dat plan nogeens worden gerealiseerd. Dat kost allemaal zoveel tijd, dat interferentie met daaropvolgende veranderingen inmiddels regel in plaats van uitzondering zijn.

Voor weinig veranderingen zijn de inspanningen die voor zo´n volledige cyclus nodig zijn, nog op te brengen. Het saldo van aantal en omvang van veranderingen maakt dat tegenwoordig onhaalbaar voor alles dat met informatie en communicatie te maken heeft. Hoe moet het dan wel?

Mijn stelling luidt dat het weleens de minste inspanningen kan kosten om zo vooraan mogelijk in de wedloop mee te doen. Er gaat dan in elk geval geen energie verloren om in de gaten te blijven houden dat onverhoopt de afstand tot de kopgroep niet gevaarlijk groeit. Dus, wie in die kopgroep zèlf verkeert, kan tenminste alle energie besteden om erin te blijven.

Mijn radicale voorstel luidt om elke technologische vernieuwing subiet over te nemen. Doe vooral geen moeite om de essentie te begrijpen. Dat lukt toch niet snel genoeg. Ga er darom onmiddellijk mee aan het werk en beoordeel pas in de eigen organisatorische context het nut van de gerealiseerde verandering. Is er een nieuwe versie van het besturingssysteem? Invoeren! Zijn de chips weer sneller? Invoeren! Is er een aanvullend communicatiemedium? Invoeren!

Tja, inderdaad klopt dat ook niet helemaal, ondanks de verlokkingen van de strategische eenvoud van deze benadering. Daarom, zelfs ik zie dat, is een nuance nodig. In plaats van volkomen klakkeloze deelname aan de technologische wedloop bepleit ik een minimale toets. De principiële houding moet er uiteraard één blijven van behoud van positie in de kopgroep. En met dat doel kan elke verandering toch een doelgericht, snel oordeel krijgen. De vraag moet zijn, of de plaats in de kopgroep verloren gaat, indien de verandering in kwestie niet wordt ingepast. Het antwoord omvat een schatting. Het gaat dus om een kans, vooraf nooit om zekerheid.

Ondanks zulke onzekerheid blijken zonder uitvoerige studie allerlei veranderingen ineens veel minder strategisch dat de voorstanders (lees: verkopers) ervan aanprijzen. Is die snellere chip noodzakelijk, of blijft de positie ook gehandhaafd met de huidige? Wanneer de specifieke verandering dus geen eigen strategisch belang dient, is nog de extra vraag toepasselijk of een technische generatie straffeloos overgeslagen kan worden. Wie een tekstverwerker in versie x heeft en versie y overslaat, komt er wellicht achter dan versie z niet op x maar slechts op y aansluit. Ik noem - want ik kan me de kosten van een rechtzaak niet veroorloven - geen namen, maar ik verdenk enkele leveranciers ervan dat zij incompatibiliteit tussen versies uit een onderbroken serie zelfs construeren. Als het met tekstverwerkers nog meevalt, zijn tegenwoordig de risico´s van een-beurt-overslaan alweer veel groter bij programmeertalen, databasemanagementsystemen en dergelijke. Zonder aansluiting is de plaats in de kopgroep dan alsnog weg, en dat mag dus niet gebeuren. Waarom niet? Nogmaals, inhalen is vermoeiender, veel vermoeiender dan bijblijven. Wat natuurlijk niet prettig is, is dat leveranciers dat ontdekt hebben. Door een inhaalmanoeuvre extra kostbaar te maken, proberen zij van steeds meer klanten wedlopers te maken.

De technologische wedloop is dus behalve een oorspronkelijk louter technische paradox inmiddels netzogoed een marketingcreatie. Maar dat maakt niet uit. Wie bijblijft, houdt nog steeds maximale energie beschikbaar voor het doel van de inzet van informatie- en communicatietechnologie. Dat is optimale bedrijfsvoering.

 

© 1997, webeditie 2001.
Eerder verschenen in: Informatie Management, 1998, nr 3 en Stijlbreuk in bestuur (Information Dynamics, 2001).