Onder architectuur gebouwd

Pieter Wisse

Wie op zoek is, weet dat het werkt. "Onder architectuur gebouwd" staat er in de advertentie. Dat trekt aandacht. Natuurlijk snapt iedereen dat de verkoper een bonus verlangt. Vaak een pittige, zo toont de vraagprijs. Maar het is dan toch maar kwaliteit, nietwaar? Een heuse architect heeft het blijkbaar allemaal verzonnen. Terwijl over smaak niet valt te twisten, is de boodschap dat het met zo'n huis allemaal wel klopt. En dat is waar. De bemoeienis van een erkend architect verschaft een wezenlijke waarborg.

Voor complexe informatiesystemen hebben vele betrokkenen, inclusief opdrachtgevers, echter geen benul van het belang van architectuur. Als zij al ergens op letten, nemen zij doorgaans genoegen met zoiets als "methodisch verantwoord geconstrueerd." Maar dat is reclame van een pure aannemer en daar houdt het mee op. Zo'n slogan zegt totaal niets over het ontwerp. Nog niets over kwaliteit voor gebruik. Het is immers mogelijk een verkeerd informatiesysteem juist te bouwen. Daar zijn helaas talloze voorbeelden van.

Wat weet een aannemer van architectuur? Het is zo dat de, zeg maar, technische kwaliteit van de constructie belangrijk is en altijd blijft. Zeker. Maar van een informatiesysteem dat onder architectuur gebouwd is, mogen betrokkenen daarenboven optimale afstemming op hun behoeften verwachten. Het is vooral de opdracht van de informatie-architect om die gebruikskwaliteit te waarborgen. De systeemaannemer is de constructeur die een deel van het ontwerp van de informatie-architect uitvoert. Een deel, zeg ik opzettelijk. Want daarnaast ontwerpt de informatie-architect meer, meestal véél meer, dan wat de systeemaannemer realiseert. Zo ontwerpt de informatie-architect altijd de wijzigende context van het systeem méé. Zoals een huis moet passen in de totale gebouwde omgeving, die inclusief het toegevoegde huis verandert, hoort een informatiesysteem op te gaan in de cultuur van de organisatie. De informatie-architect ontwerpt dus tevens het veranderingsproces dat resulteert in optimale integratie van het informatiesysteem in die cultuur. Dit begrijpen niet alleen vele opdrachtgevers nog niet, maar systeemaannemers evenmin. Zeker aan systeemaannemers is zulk inzicht ook niet besteed. Daarom: samenwerking. Zo bereiken informatie-architecten en systeemaannemers voor hun opdrachtgevers betere resultaten in informatievoorziening. En daar gaat het om.

Dit pleidooi voor erkenning van de rol van de informatie-architect is niet nieuw. Onlangs, in het aprilnummer van Informatie, publiceerden Jaap van Rees en ik het artikel 'Informatie-architect en Systeemaannemer.' Ook in april was er ons artikel 'De Rol van de Informatie-architect' in het blad Informatie Management. Ons boek De Informatie-architect, dat zelfs korter geleden verscheen, bevat met zijn gebundelde opstellen nog uitgebreider dezelfde boodschap.

Waarom verval ik met dit infogram dan in de zoveelste herhaling? Dat is simpel. Het belang van onderscheid tussen informatie-architect en systeemaannemer alsmede het belang van hun samenwerking valt onmogelijk te overdrijven. Wie onze artikelen en boek gemist heeft, neemt er tenminste hier eens kennis van. Of wie al op hoogte was, neemt het belang van informatie-architectuur misschien eindelijk serieus. Enzovoort. Er moet nu eenmaal veel veranderen ter verbetering van kwaliteit van informatievoorziening. Voor gebruikers, dus. Dat lukt nooit zolang het monopolie van de systeemaannemers stand houdt. Nooit zolang informatie-architecten niet voldoende ruimte krijgen om kwaliteit-voor-gebruik te ontwerpen. Voordat het echter zover is, ben ik onherroepelijk vele herhalingen verder.

Dat met aparte informatie-architecten veel verandert is duidelijk. Daarom zal er aanzienlijke tijd mee gemoeid zijn. Nadeel op de korte termijn voor de systeemaannemers is dat zij hun bevoorrechte positie verliezen. Zij moeten meer samenwerken. Zij moeten niet langer primair hun methoden volgen, maar een ontwerp van een informatie-architect. Dat is beslist wennen.

Voordelen zijn er vele, althans voor wie ze wenst te zien. Voor alle betrokkenen is aantrekkelijk, om het zachtjes uit te drukken, dat hùn criteria voor kwaliteit van informatiesystemen primair tellen. Dat geldt in de ruimste zin, dat wil zeggen tot en met de zgn organisatiecultuur. De opdrachtgever zal het voorts op prijs stellen dat, zeker op langere termijn gezien, de kosten dalen. Wat onder architectuur gebouwd is, vergt bijvoorbeeld minder onderhoud. Dat kan veel schelen. Maar ook de initiële ontwikkeling valt stellig goedkoper uit. Er is immers een veel grotere kans dat er meteen het juiste informatiesysteem komt. En een systeemaannemer kan dankzij de aparte rol van de informatie-architect zuiverder de rol van ... systeemaannemer vervullen. Dat scheelt alom behoorlijke risico's.

Een voordeel van andere aard is dat met de informatie-architect een aantrekkelijk beroepsperspectief bestaat. Dat trekt talentvolle studenten. De crisis in het informatica-onderwijs zou weleens gauw voorbij kunnen zijn met afwijkende opleidingen voor systeemaannemers (informatica), respectievelijk informatie-architecten (informatiekunde). Zet voor het onderwijs dan wel passende docenten in. Het onderwijs is immers slechts een middel om de crisis in de — kwaliteit van de — informatievoorziening te bestrijden. Voor die strijd, ik zei al "onder architectuur gebouwd," zijn goede informatie-architecten nodig.

Wat verandert er nog meer? Uitputtend kan en wil ik niet zijn, maar er komt onvermijdelijk een beroepsvereniging voor informatie-architecten. Ikzelf heb daar moeite mee. Misschien overwin ik mijn karakteristieke weerstand en zal me dan voor tenminste enkele jaren aanmelden. Maar misschien ook niet. Zo'n Orde, of zoiets, van Informatie-architecten, dat is meer Jaap van Rees die zich er sterk voor maakt. Vraag hem maar eens hoe het ermee staat.

Verder, en nu moet de redactie even extra opletten, moet zij in hoger tempo de formule van het tijdschrift Informatie aanpassen. Is het niet nog steeds te veel een blad van, door en voor systeemaannemers? Evenwicht vergt meer aandacht voor informatie-architectuur. Als dat niet lukt, moet ik maar eens over een eigen tijdschrift denken. Waar dat over gaat, is duidelijk. Iets voor de aanstaande beroepsvereniging? De naam is dan ook geen punt.

 

© 1995, webeditie 2001.
Eerder verschenen in: Informatie, jaargang 37, 1995, nr 6.